06 december 2006

Zuid-Afrika, Lesotho, Swaziland

Op 5 november 2006 vlogen we met Lufthansa naar Frankfurt en vervolgens met South African Airways naar Kaapstad. Helaas bleef al onze bagage achter in Frankfurt, waardoor onze vakantie niet helemaal kon beginnen zoals gepland: geen kampeerspullen, geen zomerkleding, geen reisgidsen, geen zonnebrandcrème. Maar wel een huurauto, een rode Fiat Palio met nog geen 5000 kilometer op de teller, waarmee we als eerste op zoek gingen naar een overnachtingsplek, want de geplande camping was zonder tent geen optie. Daarna een t-shirt en wat toiletspullen gekocht en de vakantie kon beginnen.

Onze eerste middag besteedden we erg goed, tussen de pinguïns van Boulders Beach: een prachtige omgeving, heerlijk weer en superleuk om zo dichtbij deze grappige dieren te kunnen komen!

Tijdens een vorig bezoek aan Kaapstad was met name het beklimmen van de Tafelberg erg goed bevallen en omdat er geen wolkje te bekennen was (een Tafelberg zonder tafelkleed, wat niet vaak het geval is), wilden we dit graag nog een keer doen. Na een lange, steile klim bereikten we het zonnige plateau vol  bloemen en hadden prachtig uitzicht op Robbeneiland, Hout Bay en de Apostelen.

We brachten een bezoekje aan het wijngebied vlakbij Kaapstad, bekeken de Cape Dutch architectuur, kampeerden in Stellenbosch en proefden wijn in Franschhoek bij het wijnhuis Cabrière: 5 verschillende soorten, waarvan met name de dessertwijn erg lekker was.

Daarna gingen we walvissen kijken in Hermanus, één van de beste plekken om ze vanaf de kant te kunnen zien omdat ze daar een aantal maanden per jaar in redelijke aantallen in de baai rondzwemmen. We zagen er veel en érg dichtbij!

Via de Harold Porter Botanical Garden, waar we gevolgd werden door een schildpad die we konden aaien,

reden we naar het De Hoop Nature Reserve, aan Zuid Afrika's zuidkust. We zagen er struisvogels, verschillende soorten antilopes, een hele grote slang en toen we op een duin zaten te lunchen zeker tien walvissen die met hun jongen voorbij zwommen.

Het volgende National Park dat we aandeden, ook gelegen langs de zuidkust, was Wilderness NP. We vonden een prachtige kampeerplek en liepen de giant Kingfisher Trail, over een jungle-achtig pad naar een waterval.

De volgende ochtend kwamen we door Knysna, bekend om z'n oesters. We moesten dus wel even proeven (conclusie: erg lekker!). Daarna verder naar Tsitsikamma National Park, waar we een prachtige kustwandeling maakten.

Onze eerste game-drive maakten we in Addo Elephant Park, waar we naast veel olifanten ook zebra's, giraffen, struisvogels, stokstaartjes, buffels, kudu's, jakhalsen en warthogs zagen.

Én de beschermde flightless dung beetle. Om hem te helpen beschermen reden we om elke mesthoop heen, nogal een opgave in een park vol olifanten!

We reden in een lange dag naar de Wild Coast in de Transkei, waarbij de omgeving steeds Afrikaanser werd: we zagen regelmatig rondavels (ronde, traditionele hutten), kwamen door een zeer drukke marktplaats waar vrouwen alle spullen op het hoofd droegen. We kwamen pas laat aan en zetten bij donker onze tent op. Pas twee dagen later zagen we de gevaarlijke, giftige, grote duizendpoot die mee naar binnen was gelift...

We liepen door een tropische omgeving naar Silaka Nature Reserve, waar we de eerste en enige toeristen waren en onze eerste en enige rustdag deze vakantie doorbrachten op het mooie strand.

Na weer een lange dag rijden, nu door zeer dichte mist, kwamen we in Mooi River, waar we kampeerden in een huisje omdat de camping gesloten was. Daarvandaan reden we naar Umgeni Valley Nature Reserve, waar we een leuke wandelsafari liepen van een paar uur tussen de zebra's, giraffen, gnoes en verschillende soorten antilopen.

Bij ons vorige bezoek aan Zuid-Afrika vonden we met name de Drakensberg erg mooi, dus daar wilden we nog een keer een paar dagen gaan wandelen. We vonden een prachtige kampeerplek op Mahai campsite in Royal Natal NP en liepen onder andere de dagwandeling naar het Amphitheater,

waar we de Gorge walk liepen, inclusief een sprong in een ijskoude rivier en daarna waden door een tunnel.

Verder naar Golden Gate Highlands NP, waar we ook een paar mooie trails liepen.

En toen was het tijd voor een nieuw land: Lesotho. We hadden ook direct het gevoel dat we in een andere wereld waren: hutten met rieten daken, ossenkarren op de weg, zwaaiende kinderen, mensen te paard met bijzondere hoeden op en dekens omgeslagen (en dat bij 25°C!).

We liepen een dagwandeling tussen de bloemen in Tsehlanyane NP, waar we weer de enige toeristen waren en een nachtje bleven kamperen in een bush-camp.

We reden over een hoge en steile pas (2850 meter, 19%)  naar Liphofung Cultural Reserve, waar we de rotsschilderingen van de San bekeken. We besloten er te blijven overnachten in een rondavel, heel sfeervol en zonder electriciteit

Daarna reden we terug naar Zuid-Afrika, naar St. Lucia Wetland Park, helemaal aan de oostkust gelegen. Vlakbij de camping zagen we krokodillen en nijlpaarden en we liepen een spannende wandeling over een smal graspad door een savanne-achtig landschap, waar gewaarschuwd werd voor nijlpaarden, olifanten, krokodillen, luipaarden, buffels en neushoorns. Zeker toen we weinig overzicht hadden en veel sporen zagen, was het avontuurlijker dan ons lief was.

De volgende dag deden we daarom maar een auto-safari in het Eastern Shore gedeelte van het park, waarbij we onder ander neushoorns zagen (white rhino).

We eindigden bij Cape Vidal, waar we probeerden te snorkelen. Helaas was het zo modderig dat we nog geen 20 cm zicht hadden. Gelukkig was het strand wel prachtig.

Omdat we toch graag beter wilden snorkelen, reden we naar Sodwana Bay. Maar helaas waren daar de golven te hoog om het water in te gaan. Dus verder gereden naar het volgende land: Swaziland. Daar vonden we een leuke kampeerplek in Mlilwane Wildlife Sanctuary.

De volgende ochtend kwam er een struisvogel kijken of er nog een graantje van ons ontbijt mee te pikken viel. We konden bijna een safari houden voor de tent, want er kwamen ook nog antilopes, zebra's en een warthog met jongen voorbij. Toch liepen we 's middags de Hippo Trail om nog wat extra wild te kunnen zien (krokodillen, nijlpaarden en een felgekleurd kikkertje van 2 cm lang).

Verder naar het volgende Nature Reserve: Malolotja. Hier maakten we wederom een prachtige, superwarme, eenzame wandeling. En ook op de leuke camping in het park waren we de enige kampeerders.

Terug naar Zuid-Afrika voor onze laatste safari-bestemming: Kruger NP. Een paar jaar geleden waren we hier ook al even, maar we waren nog lang niet uitgekeken. En dus bleven we drie dagen, waarbij we kampeerden in een paar verschillende kampen (Lower Sabie, Letaba), van waterhole naar waterhole reden en heel veel dieren zagen, onder andere leeuwen, nijlpaarden, neushoorns, giraffen, zebra's, olifanten, buffels, apen en een hyena.

Via de drie rondavels, God's Window, The Pinnacle en MacMac falls kwamen we na in totaal 6404 kilometer rijden aan in Johannesburg waar we wel een beetje schrokken van de borden "hijacking hotspot, don't leave your car!" en waarvandaan we op 5 december terugvlogen via Parijs naar Amsterdam.